In de groentela

31-03-2016 19:11

Deze week was ik bij een dame waar ik zeer regelmatig kom. Het is een dame op leeftijd met de grote pech dat ze vasculaire dementie heeft gekregen. Hierdoor kan zij op het ene moment redelijk goed functioneren en op haar ‘koppie’ vertrouwen terwijl ze op het andere moment de wereld niet meer kan volgen en zich lijkt te verliezen in complottheoriën over alles en iedereen. Zelfstandig wonen is af en toe een ware uitdaging, dat begrijp je.

Als Eerst Verantwoordelijke Verpleegkundige (EVV) van deze mevrouw is het een van mijn ‘taken’ om onze zorg zo veel mogelijk op mevrouw haar zorgvraag aan te laten sluiten en afspraken te maken. Ook een hele uitdaging, want mensen met dementie vinden vooral dat ze géén dementie hebben en al helemáál geen hulp nodig hebben.

Deze week was ik bij mevrouw om samen met haar een overzicht in haar medicijnen te krijgen.  Aan het einde van mijn bezoek overhandig ik mevrouw haar medicijnlijst en vertel haar dat ik er ook een heb voor in onze map maar dat het handig is als zij er ook een heeft en die goed  opbergt. Zo gezegd zo gedaan: veilig in de kast opgeborgen. Mijn taak zit erop, ik ga weg, mevrouw is tevreden. Een beetje opgelucht stap ik in mijn auto. Blij dat het die ochtend zo vlekkeloos verlopen is. Eind goed al goed. Dacht ik.

Amper een half uur later hebben we telefoon. Mevrouw is haar medicijnlijst kwijt en ík heb hem ‘gejat’.. Ik besluit om terug te gaan en haar de medicijnlijst te laten zien die ze in de kast gelegd heeft. Na een kwartier aangehoord te hebben hoe dom het was dat ik de lijst daar verstopt had – en voor mij dus een heel aantal keren tot tien tellen – besluit ik haar de lijst te geven en een nieuwe plek te laten zoeken. Ze vindt dat ik hem op moet bergen. Als ik vraag “waar” breekt mevrouw haar klomp. Een verpleegkundige die niet weet waar de medicijnlijst hoort! Belachelijk! “In de koelkast natuurlijk!!”. Met de spreekwoordelijke staart tussen de benen loop ik naar de koelkast en leg de medicijnlijst op een plankje. Als ik me omdraai zie ik de woede in de ogen van mevrouw alleen maar groter worden.. “Wat doe je nou? Dat hoort in de GROENTELA!”.. Teleurstelling in de ogen van mevrouw. De groentela, wie weet dat nou niet..

Een tweede keer die dag verlaat ik haar huis en stap in mijn auto. Minder blij en tevreden. Maar stiekem moet ik een beetje lachen.

De volgende dag vertelt ze me dat er een medicijnlijst in haar groentela ligt. “Wie legt zoiets daar nu neer?”. Ik ben verdachte, dat begrijp je.