Verveel ik je?

11-05-2017 18:38

Mijn collega’s en ik werken in een wijk met veel uitdagingen op het psychosociale vlak. We hebben meer dan gemiddeld te maken met analfabeten, alcoholisten, psychiatrisch patiënten en mensen met een ontwikkelingsniveau dat een stuk lager ligt dan het gemiddelde. Dat maakt “onze” wijk uitdagend maar soms vind ik het ook best moeilijk..

In mijn opleiding heb ik wel geleerd over verslavingsproblematiek maar niemand leerde me hoe ik om moest gaan met iemand die zijn risicovolle medicatie achterover slaat met een halve liter pils. Ik heb wel geleerd over sociale problematiek maar niemand vertelde me hoe ik een analfabeet met een laag ontwikkelingsniveau uitlegde waarom hij geen liter frisdrank moet drinken nu hij suikerziekte blijkt te hebben en dat die dikke chocoladekoeken ook geen goede vervanger zijn. Ook stond nergens beschreven hoe je iemand benadert met een trauma op het gebied van lichamelijke aanraking of aanrakingen met water..
En dat is soms best wel ingewikkeld. Hoewel ik dat niet graag toe geef – ik wil het graag allemaal zelf doen en kunnen – heb ik laatst geleerd dat het helemaal niet erg hoeft te zijn..  

“Verveel ik je? Vind je me lastig?” Twee vragende ogen kijken me aan. Tegenover me zit een meneer die het heel moeilijk heeft in dit leven. Hij heeft de nodige problematiek meegemaakt in zijn leven. Ook opnames in psychiatrische klinieken waren hier een onderdeel van. Ik kom zeer regelmatig bij deze meneer over de vloer en probeer hem samen met mijn collega’s – van verschillende disciplines -  te ondersteunen bij het zoeken van enige vorm van geluk in het leven en het herpakken van de regie hierover. Dit gaat zeer moeizaam de laatste tijd. Ik moet zeggen dat ik even schrik van zijn vraag. Keek ik verveeld? Was ik verveeld? Ik besluit eerlijk te zijn. “Je verveelt me zeker niet. Ik weet alleen even niet wat ik tegen je moet zeggen.” Ik had daarvoor zitten luisteren naar een levensbeschouwing van zijn kant en deze was niet bepaald rooskleurig. Het leek erg op die van de voorgaande dagen en ik had al een paar dagen geprobeerd zijn kijk op de wereld te beïnvloeden. Maar vandaag kon ik even niks meer bedenken. “Sorry. Ik wil je graag helpen maar ik weet niet wat ik kan doen. Zeg het maar: wat kan ik voor je doen?”. Ik ben op het puntje van de stoel komen zitten en ben de vragende ogen kijken nu van mijn kant naar hem. “Nou. Ja dat weet ik eigenlijk niet. Ik denk dat ik het gewoon even kwijt wou.. Denk ik.” Opeens is zijn gezicht zo donker niet meer en komt er zelfs een kleine glimlach tevoorschijn. “Nou.. Dan is dat gelukt!”. 

Niemand vertelde me hoe ik het gesprek aan ga met iemand die eigenlijk liever niet meer op deze wereld wil zijn omdat het leven te moeilijk is. Ik probeer me altijd zo goed mogelijk in te leven in de zorgvragers zodat ik vanuit hun oogpunt kan kijken naar een situatie. Bij deze laatste groep mensen – de mensen die het leven bijna te moeilijk vinden – vind ik dat oprecht heel ingewikkeld. Het is een kijk op het leven die zo ver van me af staat dat ik het bijna onmogelijk vind om me in te leven. En dan ben ik ook nog maar een zuster van drie-en-twintig. Wat heb ik nou eigenlijk meegemaakt? Die ochtend merkte ik dat het helemaal niet erg is als je even niet weet hoe je moet reageren. Als je het benoemt dan kan dat soms genoeg zijn. Zo leer ik elke dag een beetje bij. En om in de termen van deze bijzondere meneer te blijven: dat verveelt me nooit!